De punt: voorkant van het schip, meestal het gedeelte die het meest puntig is en waar de stuurman naartoe kijkt als hij vooruit vaart.
Achtersteven: meestal de achterkant, het gedeelte waar iedereen staat te zwaaien.
De flybridge: Denk niet dat we praten over een nieuwe vliegmaatschappij. Nee, het is het beste gedeelte van het schip. Gevuld met tafels, banken en (lig)stoelen (en afhankelijk van het budget de DJ, de band of je schoonfamilie). Meestal aangevuld met één of meer koelkasten. HIER MOET JE ZIJN.
Een landvast: niet een lange arm van een bemanningslid die het land vasthoud, nee het is een lijn (voor de landrotten een touw) wat is bedoeld om de boot vast te leggen indien je de kroeg in wilt maar ook weer de kroeg wilt verlaten met dezelfde boot. Deze landvast mag niet in het water komen. De landvast moet voordat je hem aan de kant brengt in ieder geval met een gedeelte, meestal het uiteinde vastzitten aan het schip….
Stootwil: voor de landrotten, de boei. Meestal rond en opgeblazen. Vaak de kleuren wit, blauw of zwart. Dit produkt is bedoeld om de schade die de stuurman veroorzaakt tijdens het aanleggen te beperken. Het moet tussen de wal en schip hangen. Meestal twee maar het kunnen er ook meer zijn. Het is absoluut uit den boze om tijdens het varen de stootwillen buiten te laten hangen. Het is de verantwoording en taak van de bemanning dit in de gaten te houden. Een huurbak is te herkennen aan de stootwillen die de hele dag buiten hangen en je wilt natuurlijk niet dat men denkt dat je op een huurbak vaart.
Bakboord: links. De hand waar je duim rechts zit
Stuurboord: rechts de hand waar je duim links zit.
Een ezelsbruggetje: stuurboord heeft 2 Ren en Rechts ook...